BLOESEMS HEMELBOOM
Een paar dagen geleden attenteerde een vriend (die ook met enige regelmaat op deze blog komt) me op het feit dat er een bijzondere exotische boomsoort staat te bloeien in de achtertuin van zijn benedenburen en dat je die bloemen goed kunt zien vanuit de ramen op zijn 1e verdieping, dus maar eens een kijkje gaan nemen met de camera als bagage.
Welke boomsoort het is heb ik in de kop van het bericht al verklapt. Maar goed de boom komt niet veel voor in Nederland en de boom is de laatste jaren wel wat bekender geworden en in tuinen en parken aangeplant maar hoe in godsnaam deze boom in juist deze tuin is terechtgekomen is ons een raadsel.
In het Nederlands heet ie dus Hemelboom en we zaten er ook wat over te speculeren waarom ie zo heet en de Latijns wetenschappelijke naam zegt daar ook al iets meer over, maar niet echt alles want de botanische (eigenlijk moet ik zeggen dendrologische) eigenschappen zijn er eerder mee in tegenspraak. In de Latijns-wetenschappelijke naam Ailanthus Altissima is Ailanthus afgeleid van het Molukse woord Alianto en dat betekent boom die tot de hemel reikt. Met het toevoegsel altissima wat zeer hoog tot allerhoogste betekent wordt de hoogte nog eens benadrukt.
In werkelijkheid wordt de boom helemaal niet zo hoog. Zeer oude bomen kunnen iets van maximaal 25 meter worden en er bestaan veel hogere boomsoorten. Veel opvallender is dat de kroon vooral in de breedte groeit en daarom graag veel ruimte wilt hebben. Echt oud wordt ie zelden en daardoor dus ook niet echt groot, want ze worden vaak het slachtoffer van storm vanwege het slappe hout.
Van origine komt de boom uit China maar komt autochtoon ook voor in Australië, op de Molukken en in Noord-Korea. Hij werd voor het eerst beschreven door de Engelse botaniscus Philip Miller (1691-1771) en in 1751 naar Frankrijk geexporteerd. Ook brachten Chinesen de boom mee tijdens de 'goldrush' rond 1850 in Californië. In oude goudmijnen vindt men nog nakomelingen van deze bomen. Ze zaaien zich in tropische en subtropische gebieden gemakkelijk uit en hebben de neiging door hun snelle groei andere vegetatie te verstikken.
Net als bij de Taxus uit het vorige bericht bestaan van de Hemelboom zowel mannelijke en vrouwelijke exemplaren. Puur toeval dat die in voor- en achtertuin van 1 en hetzelfde huis staan (?).
De vrouwelijke bomen dragen in juni tot juli oranje-geel gekleurde pluimen, die in de nazomer tot rossigbruine, gevleugelde vruchten uitgroeien.
Welke boomsoort het is heb ik in de kop van het bericht al verklapt. Maar goed de boom komt niet veel voor in Nederland en de boom is de laatste jaren wel wat bekender geworden en in tuinen en parken aangeplant maar hoe in godsnaam deze boom in juist deze tuin is terechtgekomen is ons een raadsel.
In het Nederlands heet ie dus Hemelboom en we zaten er ook wat over te speculeren waarom ie zo heet en de Latijns wetenschappelijke naam zegt daar ook al iets meer over, maar niet echt alles want de botanische (eigenlijk moet ik zeggen dendrologische) eigenschappen zijn er eerder mee in tegenspraak. In de Latijns-wetenschappelijke naam Ailanthus Altissima is Ailanthus afgeleid van het Molukse woord Alianto en dat betekent boom die tot de hemel reikt. Met het toevoegsel altissima wat zeer hoog tot allerhoogste betekent wordt de hoogte nog eens benadrukt.
In werkelijkheid wordt de boom helemaal niet zo hoog. Zeer oude bomen kunnen iets van maximaal 25 meter worden en er bestaan veel hogere boomsoorten. Veel opvallender is dat de kroon vooral in de breedte groeit en daarom graag veel ruimte wilt hebben. Echt oud wordt ie zelden en daardoor dus ook niet echt groot, want ze worden vaak het slachtoffer van storm vanwege het slappe hout.
Van origine komt de boom uit China maar komt autochtoon ook voor in Australië, op de Molukken en in Noord-Korea. Hij werd voor het eerst beschreven door de Engelse botaniscus Philip Miller (1691-1771) en in 1751 naar Frankrijk geexporteerd. Ook brachten Chinesen de boom mee tijdens de 'goldrush' rond 1850 in Californië. In oude goudmijnen vindt men nog nakomelingen van deze bomen. Ze zaaien zich in tropische en subtropische gebieden gemakkelijk uit en hebben de neiging door hun snelle groei andere vegetatie te verstikken.
Net als bij de Taxus uit het vorige bericht bestaan van de Hemelboom zowel mannelijke en vrouwelijke exemplaren. Puur toeval dat die in voor- en achtertuin van 1 en hetzelfde huis staan (?).
De vrouwelijke bomen dragen in juni tot juli oranje-geel gekleurde pluimen, die in de nazomer tot rossigbruine, gevleugelde vruchten uitgroeien.
Op bovenstaande foto de bloemen van dit vrouwelijke exemplaar, maar ook de geveerde bladeren zijn daarop te zien. Die bladeren hebben wel wat weg van Essen bomen.
Enkele echt grote exemplaren zijn te vinden in o.a.:
Zutphen:
Tilburg: www.cubra.nl/bomen/boomvandeweek/tilburghemelboomkorvel/tilburghemelboom.htm
Grappig is ook wel de naam van de boom in naburige talen die zich ook baseren op de Latijs-wetenchappelijke naam die an sich weer deels afgeleid is van Oosterse talen. De Engelsen noemen em Tree of Heaven en de Duitsers Götterbaum. Got zetelt dus nog steeds in de hemel :(
Grappig is ook wel de naam van de boom in naburige talen die zich ook baseren op de Latijs-wetenchappelijke naam die an sich weer deels afgeleid is van Oosterse talen. De Engelsen noemen em Tree of Heaven en de Duitsers Götterbaum. Got zetelt dus nog steeds in de hemel :(
Geen opmerkingen:
Een reactie posten