woensdag 14 mei 2008


LIEVEVROUWEBEDSTRO


Vandaag een aantal berichten tussendoor met foto's van An en mij.

Vanaf morgen gaan we dan door met foto's gemaakt op de pinksterdagen. Uit waterrijke gebieden uit beide steden.

Gistermiddag (dinsdag 13 mei) zag ik tussen de jungle aan andere planten in mijn tuin ineens kleine witte bloemetjes tussen de rest uitsteken. Ik moest andere bladeren opzij duwen voordat ik het eigenlijke plantje kon zien en zag toen dat het Lievevrouwebedstro was.

De bladeren van het erg kleine plantje (dat ook kruipt en niet hoger wordt dan 15 centimeter) zijn kransstandig zoals dat heet. Het zijn dus die superkleine blaadjes, de bladeren meer rechts op de foto zijn van de Maagdenpalm, ook een kruipplant die flink woekert in mijn tuin.

Vroeger tierde ook het Lievevrouwebedstro welig, maar ik had em lang niet meer in mijn tuin gezien. Vroeger (voordat de Krulwilg omwaaide) was de tuin veel schaduwrijker en ook vochtiger vanwege een goot van de bovenburen die lekte. Het plantje houdt van schaduw en vochtrijke grond en hij is dus weer terug, in het hoekje waar het 't vochtigst is, daar waar de regenpijp van de bovenburen uitmondt.

De plant behoort bij de Walstro familie en het geslacht Galium en is verwant aan de diverse autochtonen Walstro's en ook Kleefkruid waar ik het een poosje terug nog over had.

Het heeft en had allerlei medicinale toepassingen en je kan er ook thee van zetten, en soms wordt het ook toegevoegd aan witte wijn en in bowl tesamen met fruit en een scheut alcoholische drank. Dat laatste werd vroeger bij ons thuis op feestjes geserveerd aan de tantes terwijl de ooms aan de jenever gingen. Ook in allerlei andere recepten wordt het wel toegepast. Dan dienen de blaadjes gebruikt te worden van planten die nog niet bloeien. Als de smaak in het gerecht is getrokken dien je de takjes te verwijderen (net als bij Laurier) want als je ze in je mond krijgt voelen ze scherp en ruw aan.

In Germaanse tijden was het de plant van de godin Freya en in het latere Christendom werd beweerd dat het bed van Maria er mee opgemaakt was.

Heel vroeger werden planten van de Walstro familie gebruikt om melk te doen stremmen bij het maken van kaas. Tegenwoordig wordt daar een stof uit de maag van kalveren voor gebruikt meen ik.

Hij bevat heel veel stoffen die zowel geneeskrachtig kunnen werken ofwel schadelijk kunnen zijn, van teveel thee drinken ervan (wat ik vroeger wel gedaan heb) kan je hoofdpijn krijgen. Toen ik er achter kwam dat 1 van de werkzame stoffen Cumarine is ben ik acuut met het theedrinken ervan gestopt.

Bij dit stof rinkelde een belletje van horen zeggen door mijn pa die in de schuur allerlei landbouw- en ongedierte giften had. In het gif tegen Ratten dat op tarwekorrels wordt gedaan zit die stof, het is bloedverdunnend en zo komen de Ratten dan tot een langzame dood, ze drogen totaal uit. Ook Muizen eten wel van dat gif (al bestaat er ook apart Muizengif) en ook die gaan er van dood. Ik heb toen op een donker achteraf plekje in de schuur ooit een gemumificeerde Muis gevonden die daar het resulaat van was. Macaber verhaal, ik weet het, maar bij het aanschouwen van een uiterlijk zo lieftallig plantje als Lievevrouwebedstro zou je toch niet verwachten dat er dergelijk giftige stoffen in zitten ?

Nog veel meer folkloristische verhalen en andere wetenswaardigheden over het plantje zijn te vinden op:
http://www.annetanne.be/kruidenklets/uit-de-kruidenmand/kruiden-k-z/galium-odoratum-lievevrouwebedstro

Lievevrouwebedstro = Galium Odoratum
(vroeger heette het Asperula Odorata).

Geen opmerkingen: